zetbok
Nederlands
Woordafbreking
- zetĀ·bok
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van zet ww en bok
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | zetbok | zetbokken |
verkleinwoord | zetbokje | zetbokjes |
Zelfstandig naamwoord
zetbok m
- (gereedschap) de schuine werktafel waaraan zetters in een drukkerij plachten te werken en waarin de kasten werden opgeborgen
- Er is een levendige handel in oude zetbokken.
Gangbaarheid
- Het woord 'zetbok' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'zetbok' herkend door:
33 % | van de Nederlanders; |
41 % | van de Vlamingen. |
Verwijzingen
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.