zegenen
Nederlands
Woordafbreking
- ze·ge·nen
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
zegenen |
zegende |
gezegend |
zwak -d | volledig |
Werkwoord
zegenen
- overgankelijk de zegen geven
- De pastoor zegende de held.
Verwante begrippen
Hyponiemen
- afzegenen, inzegenen
Vertalingen
1. de zegen geven
Gangbaarheid
- Het woord zegenen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'zegenen' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.