werphengel
Nederlands
![](../I/m/Pierre_Creusevant_wereldkampioen%2C_Bestanddeelnr_905-1630.jpg)
het werpen met een werphengel
Woordafbreking
- werp·hen·gel
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van werpen ww en hengel zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | werphengel | werphengels |
verkleinwoord | werphengeltje | werphengeltjes |
Zelfstandig naamwoord
werphengel m [1]
- een hengel waarmee men het aas ver weg kan werpen
- We vissen met werphengels met een simpele montage: onderaan een stuk torpedovormig werplood en daarboven twee zijlijntjes met haken met garnalen als aas.[2]
- Maar ook snoeken of baarzen, zoetwatervissen dus, kunnen veel vangstplezier opleveren, niet alleen dorade´s en tonijnen op de oceaan. Neem je voor standaard een kleine inschuifbare werphengel met kunstaas zoals een spinner aan boord te hebben.[3]
Gangbaarheid
- Het woord werphengel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- de Telegraaf JOHN HAGENS 27 jan. 2015
- de Telegraaf TEIJE BRANDSMA 13 nov. 2013
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.