wegrenner

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • weg·ren·ner
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord wegrenner wegrenners
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

wegrenner m [1]

  1. (sport) wielrenner die wedstrijden op de verharde, openbare weg rijdt
    • Voor Wiggins, die met de ploegachtervolgers mikt op olympisch goud, was het zijn laatste WK-optreden. De markante Brit was tot 2008 vooral succesvol op de baan met onder meer drie olympische titels en tal van wereldtitels op de achtervolging. In 2012 won hij als gevestigd wegrenner de Tour de France en de olympische tijdrit op de weg in Londen. [2] 
    • Team Roompot - Nederlandse Loterij gaat komend seizoen fuseren met de Belgische Veranda’s Willems - Crelan-ploeg (Sniper Cycling). Daarmee wordt veldrijder (en tegenwoordig ook wegrenner) Wout van Aert de kopman. [3] 
Antoniemen
  • baanrenner, veldrijder
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord wegrenner staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
91 %van de Nederlanders;
91 %van de Vlamingen.

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.