vrachtwagenchauffeur

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • vracht·wa·gen·chauf·feur
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord vrachtwagenchauffeur vrachtwagenchauffeurs
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

vrachtwagenchauffeur m

  1. (beroep) chauffeur van een vrachtwagen
    • In het Zeeuwse Rilland heeft een vrachtwagenchauffeur zaterdagavond voor nogal wat onrust gezorgd. De Poolse bestuurder van de truck werd al slingerend op de A58 gesignaleerd, waarop de politie werd gealarmeerd. Nog voor de politie de trucker tot stilstand kon dwingen, raakte de man al van de weg.[1] 
Vertalingen

Meer informatie

Gangbaarheid

  • Het woord vrachtwagenchauffeur staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.