vormvast

• Geluid:  vormvast    (hulp, bestand)

• vorm·vast

• samenstelling van  vorm   en  vast  

vormvast

1. van een voorwerp dat de vorm niet meer veranderd kan worden

1. • Rubber is van nature een kauwgumachtige substantie. Om het vormvast te maken wordt het rubber voor de productie van banden gevulkaniseerd. Hierbij worden er zwavel en andere hulpstoffen toegevoegd aan het rubber. Onder hoge druk en temperatuur bindt de zwavel de lange polymeerketens van het rubber aan elkaar vast. Die verbindingen geven het materiaal structuur. „Het is alsof losse spaghettislierten met touwtjes aan elkaar vast gebonden worden”, zegt Wilma Dierkes, universitair hoofddocent rubbertechnologie aan de Universiteit Twente. Ze doet al meer dan twintig jaar onderzoek naar het verwerken en recyclen van rubber. [1] 

• Omdat "-stst" moeilijk is uit te spreken en te verstaan kan voor de overtreffende trap beter de omschrijving "meest vormvast(e)" worden gebruikt.[2][3]

• stijf

• slap, vervormbaar

• Het woord vormvast staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'vormvast' herkend door: