verplegen
Nederlands
Woordafbreking
- ver·ple·gen
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
verplegen |
verpleegde |
verpleegd |
zwak -d | volledig |
Werkwoord
verplegen
- overgankelijk een zieke verzorgen
- Hij verpleegde zijn vrouw toen zij bedlegerig werd.
Afgeleide begrippen
- verpleegafdeling, verpleegdag, verpleeghuis, verpleeghulp, verpleegkosten, verpleegkunde, verpleegster, verpleegtehuis, verpleegzorg, verpleger, verpleging
Vertalingen
1. een zieke verzorgen
Gangbaarheid
- Het woord verplegen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'verplegen' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.