vermogend
Nederlands
Woordafbreking
- ver·mo·gend
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | vermogend | vermogender | vermogendst |
verbogen | vermogende | vermogendere | vermogendste |
partitief | vermogends | vermogenders | - |
Synoniemen
- gegoed, welgesteld, opulent, in bonis
Verwante begrippen
Vertalingen
Deelwoord
bevestigend deelwoord | ontkennend deelwoord | |
---|---|---|
onverbogen | vermogend | onvermogend |
verbogen | vermogende | onvermogende |
vervoeging van | ||
vermogen |
vermogend onvoltooid deelwoord van vermogen
- rijk, veel geld hebbend
- Hij is een vermogend man.
Gangbaarheid
- Het woord vermogend staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'vermogend' herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.