verhalen

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ver·ha·len
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘vertellen’ voor het eerst aangetroffen in 1265 [1]
  • afgeleid van halen met het voorvoegsel ver- [2]
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
verhalen
verhaalde
verhaald
zwak -d volledig

Werkwoord

verhalen

  1. inergatief ~ over: een verhaal vertellen
    • Hij verhaalt met gevoel over zijn bezoeken aan de meest uiteenlopende plaatsen. 
    • 'Roodkapje' verhaalt over een meisje dat op bezoek gaat bij haar oma. 
  1. overgankelijk iets ~ op: schadevergoeding eisen, kosten laten betalen
    • De gemeente verhaalt de kosten op de daders. 
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Zelfstandig naamwoord

verhalen mv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord verhaal
    • Ik wil uitzoeken welke verhalen maatschappelijk werkers en andere professionals vertellen over het werk dat zij doen en hoe deze verhalen zich verhouden tot de verhalen van de cliënten zelf en andere betrokkenen. [3] 

Gangbaarheid

  • Het woord verhalen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.

Verwijzingen

Meer informatie

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.