verbouwen

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ver·bou·wen
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
verbouwen
verbouwde
verbouwd
zwak -d volledig

Werkwoord

verbouwen

  1. overgankelijk anders bouwen
    • Het huis werd totaal verbouwd. 
  1. overgankelijk planten telen
    • De verbouwde bieten zaten barstensvol suiker. 
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord verbouwen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.