verafschuwen

Nederlands

Uitspraak

Geluid: verafschuwen (hulp, bestand)
IPA:
- (Limburg): /vɛ.ˈrɑf.sxy.wə(n)/

Woordafbreking

ver·af·schu·wen

Woordherkomst en -opbouw

afgeleid van afschuw met het voorvoegsel ver- en met het achtervoegsel -en

stamtijd
onbepaalde wijs	verleden tijd	voltooid deelwoord
verafschuwen	verafschuwde	verafschuwd
zwak -d	volledig

Werkwoord

verafschuwen

overgankelijk afschuw hebben voor iets

- Zijn ideeën worden door velen verafschuwd.

Vertalingen

1. afschuw hebben voor

Afrikaans: verafsku ^(af)
Duits: verabscheuen ^(de)
Engels: detest ^(en)

Frans: détester ^(fr)
Spaans: detestar ^(es), aborrecer ^(es)

Gangbaarheid

Het woord verafschuwen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'verafschuwen' herkend door:

100 %	van de Nederlanders;
99 %	van de Vlamingen.

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.