ventrikel

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  ventrikel    (hulp, bestand)
  • IPA:
    • (Noord-Nederland): /vɛn.ˈtri.kɔɫ/, /vɛn.ˈtri.kəɫ/
    • (Vlaanderen, Brabant): /vɛn.ˈtri.kəɫ/
    • (Limburg): /vɛn.ˈtri.kəl/
Woordafbreking
  • ven·tri·kel
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Latijn, in de betekenis van ‘orgaanholte’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1568 [1]
enkelvoud meervoud
naamwoord ventrikel ventrikels
verkleinwoord ventrikeltje ventrikeltjes

Zelfstandig naamwoord

ventrikel o

  1. (anatomie) één van twee kamers van het hart
Synoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord ventrikel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
64 %van de Nederlanders;
67 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.