venkel

Venkel.

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ven·kel
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Latijn, in de betekenis van ‘plant’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1225 [1]
enkelvoud meervoud
naamwoord venkel venkels
verkleinwoord venkeltje venkeltjes

Zelfstandig naamwoord

venkel v/m

  1. (plantkunde) (groente) Foeniculum vulgare, een naar anijs smakende groente
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord venkel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
98 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.