velen

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  velen    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈvelə(n)/
    • /ˈveːlən/
Woordafbreking
  • ve·len
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘verdragen, dulden’ voor het eerst aangetroffen in 1440 [1]
  • (erfwoord), mogelijk van dezelfde stam als bevelen [2]
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
velen
veelde
geveeld
zwak -d volledig

Werkwoord

velen

  1. overgankelijk tolereren, verdragen, dulden
    • Ik kan dat niet velen. 
    • Afwijkend gedrag werd niet geveeld. 
Vertalingen
Opmerkingen
Verwante begrippen

Onbepaald hoofdtelwoord

  1. zelfstandig gebruikt onbepaald hoofdtelwoord voor personen
    • Velen zouden dat nooit doen. 
Verwante begrippen

Gangbaarheid

  • Het woord velen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

Spaans

Werkwoord

vervoeging van
velar

velen

  1. aanvoegende wijs derde persoon meervoud tegenwoordige tijd (presente) van velar
  1. gebiedende wijs (bevestigend en ontkennend) derde persoon meervoud tegenwoordige tijd (presente) van velar
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.