uitstippelen
Nederlands
Woordafbreking
- uit·stip·pe·len
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van uit bw en stippelen ww
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
uitstippelen |
stippelde uit |
uitgestippeld |
zwak -d | volledig |
Werkwoord
uitstippelen
- overgankelijk vooraf uitzoeken hoe het zal worden
- De daders konden vooraf geen potentiële vluchtwegen uitstippelen.
Vertalingen
1. vooraf uitzoeken hoe het zal worden
|
Gangbaarheid
- Het woord uitstippelen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'uitstippelen' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.