uitschenken

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • uit·schen·ken
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
uitschenken
schonk uit
uitgeschonken
klasse 3 volledig

Werkwoord

uitschenken [1]

  1. overgankelijk schenken (vanuit een houder)
Antoniemen
Afgeleide begrippen
  • uitschenking
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord uitschenken staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.