uitdelen

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • uit·de·len
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
uitdelen
deelde uit
uitgedeeld
zwak -d volledig

Werkwoord

uitdelen

  1. overgankelijk meerdere personen ergens op trakteren
    • Op zijn verjaardag deelde Joost chips uit. 
Uitdrukkingen en gezegden

een (flinke) klap uitdelen

Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord uitdelen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.