trouwjurk

Nederlands

trouwjurk
Uitspraak
Woordafbreking
  • trouw·jurk
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord trouwjurk trouwjurken
verkleinwoord trouwjurkje trouwjurkjes

Zelfstandig naamwoord

trouwjurk v/m

  1. de feestelijke jurk die de bruid aanheeft tijdens de bruiloft
    • Het uitzoeken van een trouwjurk doet de bruid zeker niet met de bruidegom. 

Gangbaarheid

  • Het woord trouwjurk staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.

Meer informatie

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.