starter
Nederlands
Woordafbreking
- star·ter
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | starter | starters |
verkleinwoord | startertje | startertjes |
Zelfstandig naamwoord
starter m
- iemand die met iets begint
- Voor starters op de woningmarkt komt er een overgangsregeling.
- iemand die vanaf een startlijn aan een wedstrijd begint
- De eerste starters komen al binnen.
- Die sprinter is een van de beste starters ter wereld.
Synoniemen
- [1]: toetreder
Gangbaarheid
- Het woord starter staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'starter' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen. |
Deens
Uitspraak
- Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
- IPA: / ˈsdɑːdʌ /
Woordafbreking
- star·ter
Woordherkomst en -opbouw
- Zelfstandig naamwoord: naamwoord van handeling van het Deense werkwoord starte met het achtervoegsel -er
Naar frequentie | 987 |
---|
Werkwoord
starter
- tegenwoordige tijd aantonende wijs bedrijvende vorm van starte
Zelfstandig naamwoord
starter
- nominatief onbepaald gemeenschappelijk geslacht meervoud van start
enkelvoud | meervoud | |||
---|---|---|---|---|
onbepaald | bepaald | onbepaald | bepaald | |
nominatief | starter | starteren | startere | starterene |
genitief | starters | starterens | starteres | starterenes |
Zelfstandig naamwoord
starter
Afgeleide begrippen
- [2]: selvstarter
Typische woordcombinaties
- [1]: trykke på starteren
op de starter drukken
Noors
Uitspraak
- Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
- IPA: / ˈstɑːʈəɾ /
Woordafbreking
- star·ter
Woordherkomst en -opbouw
- Zelfstandig naamwoord: naamwoord van handeling van het Noorse werkwoord starte met het achtervoegsel -er
Naar frequentie | 1127 |
---|
Werkwoord
starter
- tegenwoordige tijd aantonende wijs bedrijvende vorm van starte
Zelfstandig naamwoord
starter
- nominatief onbepaald gemeenschappelijk geslacht meervoud van start
enkelvoud | meervoud | |||
---|---|---|---|---|
onbepaald | bepaald | onbepaald | bepaald | |
nominatief | starter | starteren | startere | starterene |
genitief | starters | starterens | starteres | starterenes |
Zelfstandig naamwoord
starter
Afgeleide begrippen
- [2]: selvstarter
Typische woordcombinaties
- [1]: trykke på starteren
op de starter drukken
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.