spul
Nederlands
Woordafbreking
- spul
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | spul | spullen |
verkleinwoord | spulletje | spulletjes |
Zelfstandig naamwoord
spul o [3]
- materiaal dat je niet precies kunt of wilt benoemen
- Dit is goed spul! zei de marktkoopman tegen zijn klant.
Verwante begrippen
Hyponiemen
- kinderspul
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord spul staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'spul' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.