smeerkanis

Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
  • smeer·ka·nis
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord smeerkanis smeerkanissen
verkleinwoord smeerkanisje smeerkanisjes

Zelfstandig naamwoord

smeerkanis m [2]

  1. (scheldwoord) smeerkees, smeerlap, vuilak, smeerpoets

Gangbaarheid
  • Het woord 'smeerkanis' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
52 %van de Nederlanders;
22 %van de Vlamingen.

Verwijzingen
  1. smeerkanis op website: Etymologiebank.nl
  2. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.