slogan
Nederlands
Woordafbreking
- slo·gan
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | slogan | slogans |
verkleinwoord | slogannetje | slogannetjes |
Zelfstandig naamwoord
slogan m [3]
- korte tekst die wordt gebruikt voor propaganda of commerciële doeleinden, slagzin, slagwoord, leus, motto
- de nazi's waren dol op slogans
Gangbaarheid
- Het woord slogan staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'slogan' herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.