schemerig
Nederlands
Woordafbreking
- sche·me·rig
Woordherkomst en -opbouw
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | schemerig | schemeriger | schemerigst |
verbogen | schemerige | schemerigere | schemerigste |
partitief | schemerigs | schemerigers | - |
Bijvoeglijk naamwoord
schemerig
- wat minder helder licht vlak voordat het avond wordt
- Toen het schemerig werd konden we de eerste vleermuizen zien.
- wat minder duidelijk is, misschien illegaal is en dus het daglicht niet kan verdragen
- Onze buurman heeft een wat schemerig handeltje in tweedehands auto's
Gangbaarheid
- Het woord schemerig staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'schemerig' herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
97 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.