schaakstuk
Nederlands
Woordafbreking
- schaak·stuk
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van schaak ww en stuk
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | schaakstuk | schaakstukken |
verkleinwoord | schaakstukje | schaakstukjes |
Zelfstandig naamwoord
schaakstuk o
- een onderdeel van het schaken dat over het schaakbord bewogen wordt
- Een toren en een paard zijn belangrijke schaakstukken.
Vertalingen
1. een onderdeel van het schaken dat over het schaakbord bewogen wordt.
Gangbaarheid
- Het woord schaakstuk staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'schaakstuk' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.