sarcofaag
Nederlands
Woordafbreking
- sar·co·faag
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘doodkist’ voor het eerst aangetroffen in 1872 [1]
- Via het Franse sarcophage of het Latijnse sarcophagus ontleend aan het Griekse σαρκόφαγος (λίθος) "vleesetende (steen)" (met het achtervoegsel -faag)
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | sarcofaag | sarcofagen |
verkleinwoord | sarcofaagje | sarcofaagjes |
Zelfstandig naamwoord
sarcofaag m
- een stenen doodskist
- een grafteken in de vorm van een doodskist
- (techniek) het stenen omhulsel van een kernreactor
Vertalingen
1. een stenen doodskist
Gangbaarheid
- Het woord sarcofaag staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'sarcofaag' herkend door:
95 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.