rugslag
Nederlands
![](../I/m/Backstroke.gif)
rugslag
Woordafbreking
- rugĀ·slag
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van rug zn en slag zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | rugslag | rugslagen |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
rugslag m [1]
- (sport) een zwemslag waarbij je met het gezicht naar boven gericht zwemt
- Vanluchene zwom vrijdag op de 100 meter wisselslag al naar de eerste plaats en verzekerde zich bovendien van een EK-ticket. Op de 100 meter vrije slag moest de 24-jarige West-Vlaming vrede nemen met de tweede plaats, maar met 47.78 dook hij opnieuw onder de EK-limiet (48.04). Vanluchene werd derde op de 50 meter rugslag. Hij tikte aan in 24.84. [2]
- klap op de rug
Antoniemen
- borstslag
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord rugslag staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'rugslag' herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.