roeptoeter
Nederlands
Woordafbreking
- roep·toe·ter
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van roep en toeter [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | roeptoeter | roeptoeters |
verkleinwoord | roeptoetertje | roeptoetertjes |
Zelfstandig naamwoord
roeptoeter m
- (schertsend) megafoon
- iemand er lustig en druk op los praat met de bedoeling anderen te overtreffen, zonder al te zeer te worden geremd door vakkennis, waarbij de kwaliteit van de mededelingen ondergeschikt is aan het volume
Gangbaarheid
- Het woord roeptoeter staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.