rijshout

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • rijsĀ·hout
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord rijshout -
verkleinwoord rijshoutje rijshoutjes

Zelfstandig naamwoord

rijshout o [1]

  1. staken en tenen van veelal wilgenhout die oorspronkelijk werden geoogst in de grienden (rietlanden) langs de rivieren en in de Biesbosch, voornamelijk gebruikt voor het vervaardigen van zinkstukken

Gangbaarheid

  • Het woord rijshout staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
59 %van de Nederlanders;
47 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.