rijkswege
Nederlands
Woordafbreking
- rijks·we·ge
Woordherkomst en -opbouw
Zelfstandig naamwoord
rijkswege
- (verouderd) de kant van de overheid (alleen in de vaste verbinding van rijkswege)
- Ook wordt bekeken hoe de kosten verder verlaagd kunnen worden. Zo hoopt het openbaar onderwijs de komende jaren de bezuinigingen van rijkswege het hoofd te kunnen bieden. [2]
Gangbaarheid
- Het woord 'rijkswege' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'rijkswege' herkend door:
91 % | van de Nederlanders; |
77 % | van de Vlamingen. |
Verwijzingen
- Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- Tubantia 22 januari 2011 OPOA op zoek naar ‘nieuw geld’
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.