rijksdeel
Nederlands
Woordafbreking
- rijks·deel
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van rijk zn en deel zn met het invoegsel -s-
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | rijksdeel | rijksdelen |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
rijksdeel o [1]
- overzees deel van een natie
- Schadevergoedingen en herstelbetalingen konden eind jaren veertig/ begin jaren vijftig niet op de goodwill van de toenmalige minister van Financiën Lieftinck (PvdA) rekenen. Dat hebben niet alleen de overlevenden van de Holocaust moeten ondervinden, maar ook de slachtoffers van de Japanse bezetting in het toen nog Nederlandse ‘Rijksdeel in de Oost’. [2]
- Daardoor is het velen ontgaan hoe verbindend de honkballers in de relatie tussen de overzeese rijksdelen en Nederland zijn geweest. [3]
- Johan Ferrier en zijn echtgenote Edmé in 1968 tijdens de receptie in verband met zijn benoeming tot gouverneur van het rijksdeel Suriname. Op de voorgrond dochters Joan (rechts) en Kathleen [4]
Gangbaarheid
- Het woord rijksdeel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'rijksdeel' herkend door:
98 % | van de Nederlanders; |
91 % | van de Vlamingen. |
Verwijzingen
- Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- Tubantia Marthy Rothe 13-08-07 Slachtoffers van Jappenkampen eisen opnieuw genoegdoening
- De Telegraaf JAAP DE GROOT 25 mrt. 2017 In de geest van Cruijff
- Het Parool 9 MAART 2014 Joan Ferrier (60) overleden
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.