reukeloos
Nederlands
Woordafbreking
- reu·ke·loos
Woordherkomst en -opbouw
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | reukeloos | reukelozer | reukeloost |
verbogen | reukeloze | reukelozere | reukelooste |
partitief | reukeloos | reukelozers | - |
Bijvoeglijk naamwoord
reukeloos
- zonder geur
- De schimmelkaas was reukeloos gemaakt.
- niet kunnen ruiken
- Door de verkoudheid was de wijnproever reukeloos.
Gangbaarheid
- Het woord 'reukeloos' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'reukeloos' herkend door:
68 % | van de Nederlanders; |
70 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.