retentie
Nederlands
Woordafbreking
- re·ten·tie
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘ophouding’ voor het eerst aangetroffen in 1568 [1]
- [2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | retentie | retenties |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
retentie v
- (scheikunde) ophouding, het vertraagd afgeven of vasthouden van iets
- Chromatografie is gebaseerd op een verschil in retentie bij het doorspoelen van een kolom.
- (juridisch) ophouding, vasthouding
- (medisch) ophouding of terughouding van stoffen die normaal door het lichaam verplaatst of afgescheiden worden
- tijdelijke opslag van overtollig oppervlaktewater, (retentiebekken, retentiegebied)
Hyponiemen
Vertalingen
1. ophouding, het vertraagd afgeven of vasthouden van iets
Gangbaarheid
- Het woord retentie staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'retentie' herkend door:
82 % | van de Nederlanders; |
77 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.