repelen
Nederlands
Woordafbreking
- re·pe·len
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
repelen |
repelde |
gerepeld |
zwak -d | volledig |
Werkwoord
- overgankelijk (landbouw) de zaadbol van het vlas scheiden
- Het vlas wordt eerst gerepeld voordat het verder bewerkt wordt.
Hyponiemen
Vertalingen
1. de zaadbol van het vlas scheiden
Gangbaarheid
- Het woord repelen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'repelen' herkend door:
32 % | van de Nederlanders; |
29 % | van de Vlamingen. |
Spaans
Werkwoord
vervoeging van |
---|
repelar |
repelen
- aanvoegende wijs derde persoon meervoud tegenwoordige tijd (presente) van repelar
- gebiedende wijs (bevestigend en ontkennend) derde persoon meervoud tegenwoordige tijd (presente) van repelar
vervoeging van |
---|
repeler |
repelen
- derde persoon meervoud tegenwoordige tijd (presente) van repeler
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.