renaissance
Nederlands
Woordafbreking
- re·nais·san·ce
Woordherkomst en -opbouw
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘stijlvernieuwing’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1844 [1] [2]
- Van het Franse woord renaissance, dat weer afgeleid is van renaître (herboren worden) met het achtervoegsel -ance
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | renaissance | renaissances |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
renaissance v / m
- een overgangsperiode in de Europese geschiedenis tussen middeleeuwen en nieuwe tijd die gekenmerkt wordt door een op de klassieke oudheid geïnspireerde bloei van kunsten en letteren.
- vernieuwing, herleving
Verwante begrippen
Hyponiemen
- hoogrenaissance, laatrenaissance, neorenaissance, vroegrenaissance
Afgeleide begrippen
- renaissance-humanisme, renaissancekasteel, renaissancekunst, renaissancekunstenaar, renaissancemuziek, renaissanceperiode, renaissancescenario, renaissanceschilder, renaissancestijl, renaissancetijd, renaissancist
Vertalingen
2. vernieuwing, herleving
Gangbaarheid
- Het woord renaissance staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'renaissance' herkend door:
98 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.