raaskallen
Nederlands
Woordafbreking
- raas·kal·len
Woordherkomst en -opbouw
- In de betekenis van ‘onzin praten’ voor het eerst aangetroffen in 1613 [1]
- samenstelling van raas ww en kallen ww [2]
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
raaskallen |
raaskalde |
geraaskald |
zwak -d | volledig |
Werkwoord
raaskallen
- inergatief onzin uitkramen, wartaal spreken
- Hij raaskalde maar wat.
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord raaskallen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'raaskallen' herkend door:
94 % | van de Nederlanders; |
91 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.