quartair

• Geluid:  quartair    (hulp, bestand)
• IPA: /kwɑrˈtɛːr/

• quar·tair

• Leenwoord uit het Duits, in de betekenis van ‘vierde (tijdperk)’ voor het eerst aangetroffen in 1862 [1]
• De Italiaanse geoloog G. Arduino voegde al in 1759 een vierde onderverdeling aan zijn driedeling in Primair, Secundair en Tertiair toe.[2][3] De Franse geoloog J. Desnoyers stelde in 1830 de naam Quaternaire voor[4]. De Duitse paleontoloog H.G. Bronn bedacht in de 19e eeuw het woord Quartär gevormd naar analogie van Primär en het Nederlandse "quartair" is daar weer van afgeleid.[5][6]

quartair o

1. (geologie) (verouderd) een geologisch tijdperk van een indeling die inmiddels als verouderd beschouwd wordt

1. • Het quartair was het laatste en jongste van vier tijdvakken waarin men aanvankelijk de geschiedenis van de aarde indeelde. 

2. (geologie) laatste geologische periode van het era kaenozoïcum, die ongeveer 2,6 miljoen jaar geleden begon

• Vóór 2006 was de spelling Quartair. In specialistische publicaties blijft volgens de Taalunie spelling met een hoofdletter mogelijk, zie hier.
• Tussen 1954 en 1996 was daarnaast officieel de spelling Kwartair toegestaan.

• periode (geologie)
• cenozoïcum of kaenozoïcum

• holoceen
• pleistoceen

andere perioden in cenozoïcum:

• neogeen
• paleogeen

voor de verwante tijdperken in een verouderde systematiek zie onder Woordherkomst en -opbouw

quartair

1. op het quartair betrekking hebbend

1. • Dit is een quartaire laag. 

2. in de vierde plaats komend

• quaternair

• quartaire sector

• Het woord quartair staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'quartair' herkend door:

• Zie Wikipedia voor meer informatie.