puntdicht
Nederlands
Woordafbreking
- punt·dicht
Woordherkomst en -opbouw
- In de betekenis van ‘epigram’ voor het eerst aangetroffen in 1644 [1]
- samenstelling van punt en dicht [2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | puntdicht | puntdichten |
verkleinwoord | puntdichtje | puntdichtjes |
Zelfstandig naamwoord
puntdicht o
- (dichtkunst) kort gedicht dat op een compacte, geestige en vaak scherpe manier een zekere waarheid bevat
Gangbaarheid
- Het woord puntdicht staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'puntdicht' herkend door:
80 % | van de Nederlanders; |
65 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.