prop

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • prop
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘bal’ voor het eerst aangetroffen in 1420 [1] [2] [3]
enkelvoud meervoud
naamwoord prop proppen
verkleinwoord propje propjes

Zelfstandig naamwoord

prop v/m

  1. samengepakte massa weefsel of papier, vaak gebruikt om iets af te stoppen
    • Hij zat propjes te schieten. 
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Werkwoord

vervoeging van
proppen

prop

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van proppen
    • Ik prop. 
  2. gebiedende wijs van proppen
    • Prop! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van proppen
    • Prop je? 

Gangbaarheid

  • Het woord prop staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.

Verwijzingen

Engels

enkelvoud meervoud
prop props

Zelfstandig naamwoord

prop

  1. een voorwerp dat gebruikt wordt in een toneelstuk of verfilming.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.