playa

1. strand waar veel mensen zich vermaken
2. droogvallend meer in de woestijn

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  playa    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈplaja/
Woordafbreking
  • pla·ya
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord playa playa's
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

playa v

  1. strand waar veel mensen zich vermaken
    • De dichter liet zijn vrouw en twee dochters op de playa liggen sudderen en hij trok de Sierra de la Musara in, want hij sprak Spaans. [1]
    • De aardige. kleine ‘playa’ wordt weinig door vreemdelingen bezocht; ze is in gebruik van de burgers. [2]
  1. (geologie) droogvallend meer in de woestijn (met name in de VS)
    • De playa was veranderd in een sprookjeswereld, carnavalsoptocht en pretpark tegelijk. [3]
    • Op een drooggevallen woestijnmeer, een playa, in het Death Valley National Park in de Amerikaanse staat Californië, liggen stenen die zich af en toe verplaatsen. [4]

Gangbaarheid

  • Het woord 'playa' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
43 %van de Nederlanders;
44 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

Engels

Uitspraak
  • Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
  • IPA: /ˈplaɪə/
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
playa playas

Zelfstandig naamwoord

playa

  1. (geologie) (VS) playa, droogvallend meer in de woestijn
  2. (vulgair) (VS) kerel, player
Overerving en ontlening

Spaans

Uitspraak
  • Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
Woordafbreking
  • pla·ya
enkelvoud meervoud
playa playas

Zelfstandig naamwoord

playa v

  1. playa, strand
Overerving en ontlening
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.