pioenroos
Nederlands
Woordafbreking
- pi·oen·roos
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van pioen zn en roos zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | pioenroos | pioenrozen |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
pioenroos v/m [1]
- Paeonia lactiflora
vaste tuinplant met grote purperrode bloemen
- Scheerder vertelt dat er al decennia onderzoek naar wordt gedaan, maar dat wordt niet heel goed gecommuniceerd. Zo blijken mensen die lavendel ruiken, eerder geneigd geld met elkaar te delen. En rood en geel geven hoop, dat is zo overduidelijk dat de pioenroos en de zonnebloem al buiten onderzoek worden gehouden. [2]
- De Wogmeer is 680 hectare groot. Het meeste land wordt gebruikt voor bloembollenteelt, akkerbouw en voedselwinning ten behoeve van de veeteelt. Vooral de pioenroos doet het hier fantastisch gezien de vele kwekerijen. [3]
- PostNL heeft ter gelegenheid van het 25 jubileum van Janneke, wier tekeningen al jaren de postzegels ten bate van het Nationaal Ouderenfonds sieren, een zilveren postzegel met een pioenroos uitgebracht. „Daar ben ik heel blij mee”, aldus de kunstenares. [4]
Synoniemen
- boerenroos, pinksterroos, stinkroos
Gangbaarheid
- Het woord pioenroos staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'pioenroos' herkend door:
93 % | van de Nederlanders; |
78 % | van de Vlamingen. |
Verwijzingen
- Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- Het Parool HANS VAN DER BEEK 8 SEPTEMBER 2017 Schuim op bezoek bij de 'zaadbank' in CS
- De Telegraaf JOOP DUIJS 06 jul. 2013 De Wogmeer: Polderen
- De Telegraaf 01 mrt. 2017 ’Sybrand wordt premier’
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.