pianiste
Nederlands
Woordafbreking
- pi·a·nis·te
Zelfstandig naamwoord
pianiste v
- vrouw die op een piano speelt
- Afwezig staarde Bonanza naar de blonde pianiste die achter mij en een muur van planten ‘Cry me a river’ zong. [2]
- vrouw die goed piano speelt
- Héléna Sonck, zijn echtgenote, die met kunstzin leder bewerkte en een ervaren pianiste was, trad als gastvrouw op. [3]
- (beroep) vrouw die in haar geld verdient met pianospelen
- Het scheelde maar weinig of Enid Starkie zou niet een academische carrière als romaniste hebben gevolgd, maar naar het conservatorium zijn gegaan en pianiste zijn geworden. [4]
Hyponiemen
- [3] barpianiste, concertpianiste, pianolerares
Gangbaarheid
- Het woord pianiste staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'pianiste' herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen. |
Verwijzingen
- Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- Lemmering B. (ps. van Tolman, R.) "Op weg naar het Andere Museum." in: Hollands Maandblad. 436 jrg. 25 nr. 3 (maart 1984) Stichting Hollands Weekblad, Den Haag; p. 27; geraadpleegd 2018-06-17
- Magerman, A. "Modest Huys:optimist van het luminisme." in: Ons Erfdeel. jrg. 13 nr. 4 (juni 1970) Stichting Ons Erfdeel, Rekkem / Raamsdonk-Dorp; p. 120; geraadpleegd 2018-06-17
- Burnier, A. De zwembadmentaliteit. 2e druk (1979) Em. Querido's Uitgeverij, Amsterdam; ISBN 90 214 5547 1; p. 101; geraadpleegd 2018-06-17
Frans
Uitspraak
- Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
enkelvoud | meervoud | ||
---|---|---|---|
zonder lidwoord | met lidwoord | zonder lidwoord | met lidwoord |
pianiste | le/la pianiste | pianistes | les pianistes |
Hyperoniemen
- métier, musicien, musicienne
Verwante begrippen
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.