perceive

Engels

Woordherkomst en -opbouw

< Middel-Engels perceiven < Oud-Frans percevoir, perceveir < Latijn percipere, pp. perceptus (“‘pakken, verkrijgen, ontvangen, observeren’”) < per (“‘door, door middel van’”) + capere (“‘nemen, grijpen’”); zie ook capable. Vgl. conceive, deceive, receive.[1]

Uitspraak
vervoeging
onbepaalde wijs to perceive
he/she/it perceives
verleden tijd perceived
voltooid
deelwoord
perceived
onvoltooid
deelwoord
perceiving
gebiedende wijs perceive

Werkwoord

perceive

  1. waarnemen, zien
  2. bemerken

Verwijzingen

  1. http://machaut.uchicago.edu/?resource=Webster%27s&word=perceive&use1913=on s.v. perceive, in N. Porter (ed.), Webster’s Revised Unabridged Dictionary, Springfield, Mass., 1913, p. 1063.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.