pedel

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • pe·del
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Duits, in de betekenis van ‘die academische plechtigheden regelt’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1592 [1] [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord pedel pedels
pedellen
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

pedel m [3]

  1. (beroep) bode van een universiteit met een vooral ceremoniële functie
Verwante begrippen
Afgeleide begrippen
  • pedelstok
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord pedel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
58 %van de Nederlanders;
38 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.