passiebloem
Nederlands
Woordafbreking
- pas·sie·bloem
Woordherkomst en -opbouw
- In de betekenis van ‘plantengeslacht’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1668 [1]
- samenstelling van passie zn en bloem [2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | passiebloem | passiebloemen |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
passiebloem v / m [3]
- (plantkunde) (medisch) Passiflora
een geslacht van meest overblijvende en meestal klimmende planten met ranken in de familie Passifloraceae
Gangbaarheid
- Het woord passiebloem staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.