parlementslid

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • par·le·ments·lid
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord parlementslid parlementsleden
verkleinwoord parlementslidje parlementslidjes

Zelfstandig naamwoord

parlementslid o

  1. (beroep) lid van een parlement
    • Het parlementslid gedroeg zich onbehoorlijk. 
Synoniemen

Meer informatie

Gangbaarheid

  • Het woord parlementslid staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.