pantserschip
Nederlands
Woordafbreking
- pant·ser·schip
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Duits, in de betekenis van ‘oorlogsschip met pantserplaten’ voor het eerst aangetroffen in 1866 [1]
- samenstelling van pantser en schip
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | pantserschip | pantserschepen |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
pantserschip ; o
- (marine) een zwaar gepantserd schip zoals dat in gebruik was vóór het tijdperk van de slagschepen
Vertalingen
1. een zwaar gepantserd schip zoals dat in gebruik was vóór het tijdperk van de slagschepen
|
Gangbaarheid
- Het woord pantserschip staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.