paljas

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • pal·jas
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘hansworst’ voor het eerst aangetroffen in 1816 [1]
  • van het Franse paillasse, (strozak) [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord paljas paljassen
verkleinwoord paljasje paljasjes

Zelfstandig naamwoord

paljas m [3]

  1. hansworst, potsenmaker
  2. strozak, stromatras
Synoniemen
Afgeleide begrippen
  • paljasachtig
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord paljas staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
86 %van de Nederlanders;
98 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.