overtuigingskracht

Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
  • over·tui·gings·kracht
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord overtuigingskracht overtuigingskrachten
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

overtuigingskracht v / m

  1. vermogen om anderen tot jouw opvatting te brengen
    Het woord kan zowel op personen als argumenten betrekking hebben.
    • Veel schoolleiders blijken bijzonder gevoelig voor de overtuigingskracht van deze marktkooplui. [2]
    • Hij is ook de man die indexbeleggen groot heeft gemaakt door onvermoeibaar zijn ideeën te promoten. De cijfers van Vanguard geven een indruk van de overtuigingskracht van Bogle én zijn theorie. [3]
    • De mentale krachttraining is intussen aan alle politiemensen gegeven en is geïntegreerd in de opleidingen. Het lijkt erop dat politiemensen, doorgaans wantrouwend tegen zieleknijperij [sic!] en twijfels aan hun stoerheid, gevallen zijn voor de overtuigingskracht van het programma. [4]
Synoniemen

Gangbaarheid
  • Het woord overtuigingskracht staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen
  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Schuitemaker, P. "Innovatiebrigade?!" in: Brieven. (13 april 2019) op website: nrc.nl; geraadpleegd 2019-04-15
  3. Kooiman, J. De man die miljoenen mensen rijker maakte (17 januari 2019) op website: nrc.nl; geraadpleegd 2019-04-15
  4. Reenen, P. van In het lijf van de politieman sijpelt andermans ellende binnen (12 november 2018) op website: nrc.nl; geraadpleegd 2019-04-15
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.