overspel

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  overspel    (hulp, bestand)
  • IPA: /'ovərspɛl/
Woordafbreking
  • over·spel
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord overspel
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

overspel o

  1. in een huwelijk of vaste relatie toch seks hebben met een ander dan de echtgenoot of vaste partner
    • Hij pleegde overspel met de beste vriendin van zijn vrouw. 
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord overspel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.