opzegtermijn
Nederlands
Woordafbreking
- op·zeg·ter·mijn
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van opzeg ww en termijn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | opzegtermijn | opzegtermijnen |
verkleinwoord | opzegtermijntje | opzegtermijntjes |
Zelfstandig naamwoord
opzegtermijn m
- opzeggingstermijn, de tijd die zit tussen het opzeggen en het moment dat de afspraak ook echt stopt
- Voor een krantenabonnement geldt een opzegtermijn van drie maanden.
Gangbaarheid
- Het woord opzegtermijn staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'opzegtermijn' herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.